Hoe laat je een pingpongbal nóg hoger botsen?

Hoe zit dat?

Als je de pingpongbal in je hand houdt, krijgt die energie: ​‘zwaartekrachtenergie’. Als je de bal dan laat vallen, wordt die zwaartekrachtenergie omgezet in beweging. Of beter gezegd ​‘bewegingsenergie’.

Botst het balletje op de grond? Dan botst het ook weer omhoog dankzij die energie. Bij het botsen wordt bovendien een deeltje van de energie omgezet in geluid of warmte. Daardoor botst de bal niet even hoog op als van waar je hem liet vallen.

Je merkt het al: energie verdwijnt niet zomaar. Het kan wel doorgegeven of omgezet worden in een andere vorm van energie. Dat noemen we de ​‘wet van behoud van energie’.

In dit geval laat je de pingpongbal tegelijk met een beker water vallen. Dan heeft niet alleen de pingpongbal, maar ook de beker water een hoop energie. Als de beker water op de grond aankomt, kan het water niet terug omhoog. De pingpongbal zit in de weg. Het water geeft haar energie dus door aan de pingpongbal. Daardoor heeft die plots veel meer energie om omhoog te botsen. En dat zien we: de pingpongbal vliegt véél hoger!