Hoe de ruggenprik startte met een ‘harde kneep in de ballen’

Om hevige pijn tijdens een operatie of bevalling te verzachten worden er — godzijdank — verdovende middelen gebruikt. Maar het is een hele zoektocht geweest naar de beste anesthetica. Bij de ontdekking van spinale verdoving kwam er zelfs een harde kneep in de ballen’ aan te pas.
Ruggenprik3

De allereerste spinale anesthesie — of ruggenprik — werd uitgevoerd door de Duitse arts August Bier in 1898. Hij moest een deel van de voet van een 34-jarige man amputeren. De patiënt wilde echter geen volledige verdoving (wat in die tijd met ether of chloroform gebeurde), omdat hij daar slechte ervaringen mee had. Daarom stelde Bier een cocaïnisatie van het ruggenmerg’ voor. Lees: hij spoot een flinke dosis cocaïne in de man zijn rug, waardoor die zijn voeten niet meer kon voelen.

Cocaïne als verdovend middel

Er was al eerder ontdekt dat een snuifje cocaïne de tong verdoofde en gevoelloos maakte. In 1884 gebruikte oogarts Karl Koller dan ook al cocaïne als lokale verdoving bij oogoperaties. Rond diezelfde tijd experimenteerde ook de Amerikaanse neuroloog James Corning met cocaïnisatie’ van de rug van een hond en een mens, maar de echte doorbraak van spinale verdoving kwam er pas een dikke tien jaar later, dankzij August Bier.

Eens testen

Na de geslaagde amputatie besloot dokter Bier om de cocaïnisatie van het ruggenmerg’ ook op zichzelf en zijn assistent dokter Hildebrandt uit te testen. De procedure mislukte bij Bier (er lekte te veel ruggenmergvocht weg), maar de prik aan de assistent was wel een succes: algauw was het onderlichaam van de man verdoofd. Toen kon de échte test beginnen. Precies zeven minuten na de injectie kietelde Bier voorzichtig de voeten van zijn assistent. Geen reactie. Daarna prikte hij een paar keer in de man zijn dij. Weer niets. Dan maakte hij een kleine incisie in de dij en stak hij er een grote, gebogen naald in. Nog altijd niets!

Geen kik

Tijd om een tandje bij te steken, moet dokter Bier gedacht hebben, want vervolgens doofde hij zijn sigaar op het bovenbeen van de assistent. Die voelde hitte, maar nog steeds geen pijn. Na 20 minuten begon Bier — die nu echt op dreef was — het schaamhaar van zijn assistent uit te trekken. De man voelde niets, wat wel wat anders was toen Bier, ter controle, ook het borsthaar uittrok. En dan moest het hoogtepunt van Biers foltering’ nog komen: hij klopte enkele keren stevig met een hamer op de schenen van zijn assistent en kneep dan eens met volle kracht … in zijn ballen. Dokter Hildebrandt gaf geen kik.

Ruggenprik

Dokter Bier opereerde nog vijf patiënten onder spinale anesthesie. Hij kwam tot de conclusie dat de verdovingstechniek geschikt was voor chirurgische ingrepen van de benen, maar had al snel door dat cocaïne vervangen moest worden door een minder giftige stof. Zijn werk werd in de jaren daarna verder onderzocht en verfijnd door collega-artsen, waardoor uiteindelijk de moderne ruggenprik ontstond. Vandaag wordt die spinale verdoving frequent gebruikt bij operaties aan de onderste helft van het lichaam. En gelukkig moet de anesthesist ons niet hard knijpen in een gevoelig lichaamsdeel om te checken of de verdoving werkt.